Ontslagvergoeding

De ontslagvergoeding wordt per 1 juli 2015 bepaald door de transitievergoeding

De transitievergoeding houdt in dat bijna iedere werknemer recht heeft op een ontslagvergoeding als het dienstverband door toedoen van werkgever wordt beëindigd en de arbeidsovereenkomst moet wel minimaal 24 maanden hebben geduurd. Door de invoering van de Wet werk en zekerheid moet een werkgever een volledig en overtuigend dossier hebben. Heeft een werkgever dit niet kunnen partijen over een hogere ontslagvergoeding onderhandelen en door van een beëindigingsovereenkomst of een vaststellingsovereenkomst het dienstverband met wederzijds goedvinden beëindigen.

Berekening transitievergoeding

De transitievergoeding wordt als volgt berekend:

  • De eerste 10 dienstjaren wordt de transitievergoeding opgebouwd met 1/3 maandsalaris per jaar;
  • De daaropvolgende dienstjaren wordt de transitievergoeding opgebouwd met ½ maandsalaris per jaar.

De maximale transitievergoeding is € 75.000,- bruto maar als een werknemer een hoger jaarsalaris verdient dan € 75.000,- bruto dan kan een werknemer maximaal een jaarsalaris ontvangen.

Voor de berekening van de transitievergoeding voor vijftigplussers is een aparte regeling gemaakt tot 2020. Indien een werknemer 50 jaar of ouder is en minimaal 10 jaar bij de werkgever in dienst is en werkzaam is bij een bedrijf met 25 of meer werknemers. Voor deze vijftigplussers geldt vanaf het tiende dienstjaar een vergoeding van een half maandsalaris voor iedere periode van 6 maanden. Het maximum blijft wel hetzelfde.

Tot slot is er een mkb regeling. Deze regeling houdt in dat een werkgever die minder dan 25 werknemers in dienst heeft en er sprake is van een ontslag om bedrijfseconomische redenen, dan worden de dienstjaren voor 2013 niet meegeteld in de berekening van de transitievergoeding. Deze regeling loopt ook tot 2020.

Geen transitievergoeding

Een werknemer heeft geen recht op een transitievergoeding als een werknemer ernstig verwijtbaar gedrag vertoond. Denk hierbij aan diefstal of verduistering. Een andere mogelijkheid om geen aanspraak te kunnen maken op een transitievergoeding is dat de arbeidsovereenkomst is geëindigd voor de 18e verjaardag en daarnaast maximaal 12 uur per week werkzaam bent geweest bij werkgever. Tot slot kan uw arbeidsovereenkomst zijn geëindigd op of na uw pensioengerechtigde leeftijd. Indien hiervan sprake is dan ontvangt u geen transitievergoeding. Enkel en alleen als een werknemer vlak voor de pensioengerechtigde leeftijd wordt ontslagen dan heeft een werknemer wel recht op een transitievergoeding

Overgangsrecht

In de huidige lopende cao’s of sociale plannen kunnen ontslagvergoedingen zijn overeengekomen. Het is echter niet de bedoeling van de wetgever dat een werknemer twee vergoedingen ontvangt namelijk één op basis van de transitievergoeding en één op basis van een cao of sociaal plan. Hierdoor is een overgangsregeling van toepassing. De overgangsregeling met betrekking tot de transitievergoeding kent een tweetal situaties namelijk:

  1. vóór 1 juli 2015 gemaakte collectieve afspraken met een vakbond
  2. vóór 1 juli 2015 gemaakte collectieve individuele afspraken (of afspraken met een ondernemingsraad)

Bij scenario 1 gaan de collectieve afspraken van een cao of een sociaal plan voor op de regels van de transitievergoeding.  Werknemer heeft dan geen recht op een transitievergoeding want werknemer krijgt een vergoeding op basis van het sociaal plan of de cao. Het overgangsrecht blijft van toepassing tot uiterlijk 1 juli 2016. Indien een werknemer ontslagen wordt na 1 juli 2016 op basis van een ontslagprocedure die gestart is vóór 1 mei 2016 dan geldt alsnog de overgangsregeling en heeft werknemer geen recht op een transitievergoeding.

Bij scenario 2 mag de werknemer kiezen of hij aanspraak wil maken op de transitievergoeding of dat hij aanspraak wil maken op een bepaalde vergoeding op basis van een afspraak in de arbeidsovereenkomst. De mogelijkheid is ook van toepassing als een sociaal plan enkel door werkgever is opgesteld. Bij scenario 2 moet werkgever werknemer schriftelijk informeren over de keuze. Als werkgever werknemer niet schriftelijk informeert dan heeft een werknemer recht op de transitievergoeding en de vergoeding die overeen was gekomen in de arbeidsovereenkomst of sociaal plan. Indien een werknemer niet reageert op de voorgelegde keuze dan heeft werknemer geen recht meer op de transitievergoeding.

De kantonrechtersformule is op 1 juli 2015 vervangen door de transitievergoeding. Over het algemeen valt de transitievergoeding een stuk lager uit dan de kantonrechtsformule.

Klik hier indien u op zoek bent naar meer informatie over de kantonrechtersformule.